Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [50]Het vuur zal u [51]aldaar verteren; het zwaard zal u [52]uitroeien, het zal u afeten, [53]als de kevers, [54][55]vermeerder u [56]als sprinkhanen. 50. Gelijk in vs.13. 51. Te weten, in uwe sterkten en vastigheden. Of, als gij zult bezig zijn om u te versterken. 52. Of, afsnijden. 53. De zin is: Gelijk de kevers in een korten tijd het kruid des velds afeten, alzo zullen de vijanden u haast vernielen. Anders: als kevers; dat is, God zal de Assyriers verteren en te schande maken, gelijk de kevers vernield worden door den regen en koud onweder. 54. Hier spreekt de profeet den koning aan, want het woord staat in het mannelijk geslacht. 55. Hier spreekt hij Nineve aan, want het woord staat in het vrouwelijk geslacht. Aldus zou de rede volkomener zijn: Vermeerder, u o koning, als de kevers; vermeerder u, o Nineve als de sprinkhanen. de zin is: O gij koning van Assyrie en gij Nienevieten, doet al wat gij kunt, het is al tevergeefs, de grote legers zullen u in tijd van nood niet kunnen helpen. Vermeerder u. Hebr. verzwaart u; dat is, brengt een zwaar leger te velde. 56. Grote heirlegers worden meermalen bij sprinkhanen en kevers vergeleken, gelijk Richt.6:5, en Richt.7:12; Jer.46:23.